Dit thema zweeft al een tijdje om mij heen. En afgelopen zondag tijdens een prachtige familieopstellingsdag van Simone Rayer landde hij volledig. Zodanig dat ik er wat over wil schrijven. Het gaat om ons huidige inzicht en bewustzijn rondom trauma in familiesystemen. Het gaat om het kleed waar de rotzooi onder geveegd was op te tillen, die rotzooi te bekijken en eindelijk eens op te ruimen.
Ik ben al een poosje bezig met het aankijken (en veranderen) van oude patronen die in mijn vroege jeugd zijn ontstaan. Mijn lieve collega Imke Vos coacht mij door middel van PRI. Middels PRI krijg ik inzicht in waar mijn patronen vandaan komen en van welke oude pijn ik steeds wegga. Door PRI leer ik contact te maken met die oude pijn waardoor deze veel minder groot wordt en makkelijker geïntegreerd wordt in mijn dagelijks leven, waardoor de constante behoefte om middels psychische foefjes er van weg te bewegen vervalt.
In een familieopstelling wordt zichtbaar waar trauma zit op systemisch niveau, en op zo’n onbewuste laag dat er zaken zichtbaar worden die eigenlijk nooit besproken kunnen worden in het gezin. Vaak omdat men niet eens weet dat dit energetisch speelt. Hierdoor ontstaat compassie voor degenen in jouw familie en leer je welke pijn ten grondslag ligt aan hetgeen jou gekwetst heeft.
Ik vind deze inzichten waanzinnig mooi. We hebben anno 2020 zoveel mogelijkheden om onze pijn aan te kijken (zelfs van generaties voor ons) en trauma’s te helen die vroeger onder het kleed werden geveegd, waar niet over gerouwd mocht/kon worden.
Ik zal een voorbeeld geven; als onze oma’s (of zelfs moeders) een doodgeboren kindje kregen werd het kindje vaak niet eens getoond aan de ouders, het werd snel weggehaald en bij het medisch afval gebracht. Er werd nauwelijks stil gestaan bij het effect van deze gebeurtenis op de ouders. De focus werd gelegd op snel weer in verwachting raken en het kindje werd letterlijk doodgezwegen.
Tegenwoordig weten we dat zulk verdriet niet doodgezwegen moet worden. De ouders worden meestal begeleid in het creëren van tastbare herinneringen zoals foto’s en voet/hand afdrukken en er is aandacht voor de beleving en de rouw van de ouders. Dat maakt de kraamtijd verdrietig, maar het kindje krijgt zo een plek in het gezin waardoor de pijn geïntegreerd wordt in het dagelijks leven en langzaam af kan nemen. Gebeurt dat niet, zoals in de generaties boven ons, dan blijft de pijn etteren, wordt ingekapseld en gaat op die manier ontsteken. Er wordt dan niet over gesproken, maar het heeft een enorme impact op het emotionele leven van het hele gezin. Onbewust. En dit kan dus generaties doorwerken.
En dat is nu net ook het moeilijke van al dit moois. Het doet ook zeer en het is hard werken. Het mogen doorbreken van patronen die steeds van ouder op kind zijn doorgegeven is een zware taak. Door inzicht te krijgen in waar jouw eigen pijn vandaan komt, krijg je ook inzicht in waar je pijn kunt veroorzaken bij je kinderen en kleinkinderen. Dat is nogal een verantwoordelijkheid.
Maar terwijl ik dit wel zo voel, als een hele verantwoordelijkheid, bedenk ik me tegelijkertijd ook hoeveel verandering dit gaat brengen in de maatschappij. Als wij zover zijn gekomen met een oorlogstrauma en zoveel psychologische onwetendheid in de nog maar enkele generaties boven ons, hoe gaat het dan zijn voor onze kinderen, hun kinderen en hun kinderen als wij nu zoveel mogen helen en voorkomen? Deze gedachte geeft me hoop en nog meer motivatie om anderen bij te staan in dit proces.
0 reacties